Algemene Bepalingen
A1 - Toepassing¶
Het Wetboek van NewHaven is van kracht binnen het gehele grondgebied van de stad NewHaven. Naast de in dit wetboek opgenomen bepalingen is tevens het Nederlands recht van toepassing, voor zover dit niet in strijd is met dit wetboek.
A2 - Geldigheid¶
Wanneer de wetgeving wijzigt na het moment waarop een feit is gepleegd, wordt altijd de voor de verdachte meest gunstige bepaling toegepast. Een staff-lid mag niet meebeslissen in een zaak die betrekking heeft op henzelf, vrienden of familieleden. Dit waarborgt een eerlijke en rechtvaardige behandeling van iedere zaak. Binnen NewHaven worden minderjarigen op dezelfde wijze behandeld als volwassenen. Alle rechten, plichten en straffen zijn eveneens op hen van toepassing. Het jeugdstrafrecht is in NewHaven niet van kracht.
A3 - Verjaring van het strafbaar feit¶
Strafbare feiten verjaren na een termijn van dertig (30) dagen.
A4 - Strafbepaling¶
De straffen zijn vastgelegd per artikel en kunnen bestaan uit:
-
Officiële waarschuwingen
-
Taakstraffen
-
Gevangenisstraffen
-
Inbeslagnames
-
Geldboetes
Een opgelegde straf mag nooit hoger zijn dan de in het wetboek vastgestelde maximumwaarde. Een straf kan echter worden verhoogd bij het stapelen van overtredingen.
Bij geweldsdelicten met meerdere slachtoffers wordt de uiteindelijke straf verhoogd met 25% per extra slachtoffer. Bij herhaaldelijk gepleegde strafbare feiten van dezelfde aard, maar onder verschillende omstandigheden, wordt per extra feit 50% van de oorspronkelijke straf toegevoegd aan het totaal.
De maximale gevangenisstraf bedraagt 120 maanden. Wanneer de totale straf volgens het wetboek hoger zou uitvallen, wordt in plaats daarvan de geldboete verhoogd met €250 per extra maand boven de 120 maanden, tot een maximum van nogmaals 120 maanden. Een straf kan worden verlaagd bij verzachtende omstandigheden of geheel/gedeeltelijk worden kwijtgescholden op basis van uitsluitingsgronden.
A5 - Inbeslagnames en invorderingen¶
Wanneer een strafbaar feit is gepleegd met behulp van een goed, of wanneer een goed uit een strafbaar feit is verkregen, kan dit in beslag worden genomen. De beslissing hierover ligt bij de politie of Koninklijke Marechaussee (KMar).
De verwerking van in beslag genomen goederen (met uitzondering van voertuigen) gebeurt volgens de richtlijnen van politie en KMar.
Wanneer een voertuig in beslag wordt genomen wegens een strafbaar feit:
-
Kan dit voertuig maximaal drie (3) dagen worden vastgehouden voor onderzoek. Binnen deze termijn heeft de politie of KMar de tijd om bewijzen te verzamelen;
-
Kan het voertuig, zodra bewezen is dat het onderdeel was van een strafbaar feit, worden uitgekocht op basis van de ernst van het delict, 24 uur nadat de inbeslagname is geregistreerd;
-
Indien het voertuig uit het water moest worden gehaald, wordt 10% toegevoegd aan het basisuitkooppercentage;
-
Wordt het voertuig kosteloos teruggegeven indien er na 3 dagen onvoldoende bewijs is, tenzij de hOvJ/Ovj op de derde dag wordt benaderd door een advocaat — in dat geval kan een extra termijn van 48 uur worden toegekend;
-
Wordt het voertuig eveneens kosteloos teruggegeven indien wordt aangetoond dat het voor het strafbare feit als gestolen was opgegeven (middels aangifte bij een ambtenaar in functie);
-
Indien het voertuig is in beslag genomen heeft de eigenaar 1 week de tijd om deze bij de impound op te halen, Wordt dit niet gedaan zal deze geveild bij een cardealer.
-
Een advocaat die een hOvJ of OvJ inschakelt, heeft altijd recht op 48 uur extra om bewijs op te vragen vanaf het moment van inschakeling.
Beroep tegen een inbeslagname kan uitsluitend worden ingesteld via een advocaat. Een voertuig kan alleen worden vrijgegeven wanneer een advocaat betrokken is, of via het klachtenformulier.
Een uitzondering op teruggave geldt voor voertuigen zoals omschreven in Artikel III-14 (Illegale voertuigen), of wanneer een voertuig voor de vierde keer in beslag is genomen — in dat geval wordt het voertuig vernietigd of verkocht. Ook voertuigen die langer dan 14 dagen in opslag staan, worden vernietigd of verkocht, tenzij er bezwaar is aangetekend via het klachtenformulier van politie of KMar.
Geldige redenen voor inbeslagname zijn:
-
Plegen van een strafbaar feit uit het wetboek van NewHaven, waarbij het goed direct of indirect betrokken is (uitgezonderd fout parkeren en lichte snelheidsovertredingen, tenzij anders bepaald);
-
Plegen van een misdrijf volgens het Nederlands Wetboek van Strafrecht, waarbij het goed betrokken is;
-
Niet stoppen voor een stopteken of aanwijzing van een bevoegd ambtenaar;
-
Niet opvolgen van (verkeers)aanwijzingen van een bevoegd opsporingsambtenaar;
-
Snelheidsovertreding van meer dan 100% van de maximumsnelheid;
-
Rijden op de openbare weg met een voertuig met een WOK-status.
Er geldt een basisuitkooppercentage van 10% bij verkeersdelicten, en 20% bij overige delicten. Alle bovenstaande bepalingen gelden ook voor helikopters en vliegtuigen. Herhaald vliegen zonder vliegbrevet kan leiden tot inbeslagname van het luchtvaartuig.
A6 - Consultatierecht¶
Op grond van artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) heeft een verdachte het recht om vóór het verhoor consultatie te ontvangen van zijn of haar voorkeursadvocaat. Indien deze niet beschikbaar is, volstaat een vervangend advocaat. Kiest de verdachte ervoor zelf een advocaat op te roepen, dan zijn de kosten van consultatie en rechtsbijstand voor eigen rekening. Weigert de verdachte dit of blijkt oproeping onmogelijk, dan is de verbalisant verplicht om een advocaat op te roepen. Dit recht vervalt enkel wanneer de verdachte uitdrukkelijk en ondubbelzinnig afstand doet van het consultatierecht.
A7 - Algemene rechtsbeginselen¶
De algemene rechtsbeginselen stellen eisen aan beleid en regelgeving. Beleid of regelgeving dat hiermee strijdig is, kan worden uitgesloten of verworpen.
Onder de algemene rechtsbeginselen vallen:
-
Subsidiariteit: maatregelen moeten zo min mogelijk belastend zijn;
-
Proportionaliteit: sancties moeten in verhouding staan tot het gepleegde feit;
-
Behoorlijk bestuur: gebaseerd op vertrouwen, rechtszekerheid, gelijkheid en onpartijdigheid;
-
Legaliteit: overheidsoptreden dat ingrijpt op rechten of plichten van burgers moet berusten op een wettelijke grondslag;
-
Kenbaarheid van regelgeving: burgers moeten de mogelijkheid hebben kennis te nemen van regelgeving;
-
Redelijkheid en billijkheid: besluiten en overeenkomsten moeten redelijk en rechtvaardig zijn;
-
Hoor en wederhoor: alle partijen hebben recht om hun standpunt toe te lichten;
-
Onschuldpresumptie: een verdachte wordt geacht onschuldig te zijn tot het tegendeel is bewezen;
-
Détournement de pouvoir: de wet mag enkel worden toegepast voor het doel waarvoor zij bedoeld is;
-
Ne bis in idem: niemand mag tweemaal voor hetzelfde feit worden veroordeeld;
-
Schutznorm-beginsel: vormfouten leiden niet tot sancties wanneer de verdachte daardoor niet in zijn verdedigingsbelang is geschaad.
A8 - Medeplichtigheid en medeplegen¶
Als medeplichtigen van een strafbaar feit worden gestraft:
-
Zij die opzettelijk behulpzaam zijn bij het plegen van het misdrijf;
-
Zij die opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaffen;
-
Zij die het plegen van het misdrijf bevorderen of vergemakkelijken.
Bij medeplichtigheid is de rol kleiner dan die van de hoofdverdachte. De straf wordt in dat geval met 33% verminderd.
Als daders van een strafbaar feit worden gestraft:
-
Zij die het feit plegen, doen plegen of medeplegen;
-
Zij die door giften, beloften, misbruik van gezag, geweld, bedreiging of misleiding het feit uitlokken.
Bij medeplegen werken twee of meer personen bewust en nauw samen aan het strafbare feit.
Daders en medeplichtigen worden gestraft conform de strafbepaling van het betreffende artikel. Bij onduidelijkheid beslist een Hulpofficier van Justitie, Officier van Justitie of rechter.
A9 - Voorhechtenis¶
Voorhechtenis is uitsluitend toegestaan bij feiten waarop een gevangenisstraf staat. Deze mag enkel worden opgelegd wanneer er wettig en overtuigend bewijs is dat de verdachte het feit heeft begaan. De maximale duur van de voorhechtenis bedraagt 24 uur, en kan door een Hulpofficier van Justitie (hOvJ) worden verlengd tot maximaal 72 uur.